Statuten

STATUTEN BAARNSE SCHAAKVERENIGING

Deze statuten zijn gescand met behulp van tekstherkenning. Alhoewel de foutjes die hierbij ontstaan zorgvuldig zijn weggewerkt, kan het zijn dat er toch verschillen zijn tussen de papieren en elektronische versie. In die gevallen is de papieren versie leidend.

INHOUDSOPGAVE

Naam, zetel en rechtsbevoegdheid………………………………………………… 2

Duur en Verenigingsjaar……………………………………………………………… 2

Doel en Middelen………………………………………………………………………. 2

Lidmaatschap………………………………………………………………………….. 2

Rechten en verplichtingen……………………………………………………………. 2

Straffen…………………………………………………………………………………… 3

Einde lidmaatschap…………………………………………………………………… 3

Donateurs………………………………………………………………………………. 4

Bestuur…………………………………………………………………………………. 4

Bestuursbevoegdheid………………………………………………………………… 5

Vertegenwoordiging………………………………………………………………….. 5

Rekening en verantwoording……………………………………………………….. 5

Geldmiddelen en contributie………………………………………………………. 6

Besluiten van organen van de vereniging……………………………………….. 6

Algemene vergaderingen…………………………………………………………… 7

Het leiden en notuleren van algemene vergaderingen……………………….. 7

Toegang en besluitvorming algemene vergadering…………………………… 7

Statutenwijziging……………………………………………………………………. 8

Ontbinding en vereffening…………………………………………………………. 8

Reglementen………………………………………………………………………… 9

Algemene Bepalingen……………………………………………………………… 9

STATUTENWIJZIGING

Heden, de negentiende november negentienhonderd drie en negentig, compareerde voor mij, Hendrik Windhorst, notaris ter standplaats Baarn,

De heer Waldemar Boudewijn Gustaaf Moes, student, wonende 1072 XL Amsterdam, Daniël Stalpertstraat 86r2, volgens zijn verklaring geboren te Amsterdam op acht en twintig april negentienhonderd zeventig, ongehuwd, ten deze volgens zijn verklaring handelende in zijn hoedanigheid van voorzitter van na te melden vereniging en tevens als gevolmachtigde van:

1.             De heer Johan van Hall, bankemploye, wonende 3741 HL Baarn, Bernard Zweerslaan 23, geboren te Baarn op vier en twintig februari negentienhonderd zestig, gehuwd,

2                 De heer Bart Hut, belastingconsulent/accountant, wonende 3741 XJ Baarn, Professor Meyerslaan 56, geboren te Baarn op zes en twintig maart negentienhonderd negen en twintig, gehuwd,

3                 De heer Rene Teunissen, verpleegkundige, wonende 3741 EN Baarn, Professor Krabbelaan 16, geboren te Wisch op negen juli negentienhonderd zeven en vijftig, gehuwd,

4.             De heer Johannes Adrianus van der Hoorn, gemeentelijk ambtenaar, wonende 3742 GM Baarn, De Gondel 8, geboren te Den Haag op zeven november negentienhonderd drie en veertig, gehuwd,

5.             De heer Marco Meijer, student, wonende 3743 HS Baarn, Bilderdijklaan 24, geboren te Baarn op acht mei negentienhonderd drie en zeventig, ongehuwd, die deze volmachten verstrekten in hun hoedanigheid van respectievelijk secretaris, penningmeester en leden van het bestuur van na te melden vereniging en tezamen met de comparant vormende het voltallig bestuur van de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid, genaamd: “Baarnse Schaakvereniging” (B.S.V. en of Baarn) , gevestigd 3741 XJ Baarn, Professor Meyerslaan 56, hierna te noemen: de vereniging.  van gemelde volmachten blijkt uit een onderhandse akte, welke aan deze akte is gehecht, zijnde van gemelde volmachten aan mij, notaris, genoegzaam gebleken.

De comparant, handelend als gemeld, verklaarde:

dat de vereniging is opgericht op achttien oktober negentienhonderd zes en veertig; dat de statuten van de vereniging laatselijk zijn gewijzigd en opnieuw vastgesteld bij akte op zestien augustus negentienhonderd negen en zeventig, verleden voor notaris W.J.G. Ornloo te Nieuwegein;

dat de vereniging is ingeschreven in het verenigingenregister van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Eemland te Amersfoort onder nummer V 506616; dat in de algemene vergadering van de vereniging, gehouden te Baarn op twee en twintig oktober negentienhonderd drie en negentig met inachtneming van het in de statuten bepaalde, met algemene stemmen is besloten tot wijziging van de statuten der vereniging;

dat van voormeld besluit blijkt uit een uittreksel van de notulen van die vergadering, welk aan deze akte is gehecht.

Vervolgens verklaarde de comparant, handelend als gemeld, ter uitvoering van voormeld besluit, de statuten te wijzigen en geheel opnieuw vast te stellen als volgt:

Naam, zetel en rechtsbevoegdheid.

Artikel 1.

1.                De vereniging is genaamd “Baarnse Schaakvereniging” (B.S.V. en of Baarn) hierna te noemen: de vereniging.
Zij heeft haar zetel in Baarn.

2.                De vereniging bezit volledige rechtsbevoegdheid.

3.                De vereniging is ingeschreven in het verenigingenregister, dat gehouden wordt bij de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Eemland te Amersfoort onder nummer V.506616.

Duur en Verenigingsjaar.

Artikel 2.

1.                De vereniging is aangegaan voor onbepaalde tijd.

2.                Het boekjaar, tevens verenigingsjaar, loopt van één september tot en met een en dertig augustus daaropvolgend.

3.                De vereniging is opgericht op achttien oktober negentienhonderd zes en veertig te Baarn.

Doel en Middelen.

Artikel 3.

1.                De vereniging stelt zich ten doel de beoefening van de schaaksport te stimuleren, in stand te houden en uit te breiden.

2.                De vereniging tracht dit doel te bereiken door:

a.    het behartigen van de gemeenschappelijke belangen van de leden;

b.    aansluiting bij de Stichts-Gooise-Schaakbond (S.G.S.);

c.    deelneming aan de competitie(s) van de Stichts-Gooise-Schaakbond en/of de Koninkljke Nederlandse Schaakbond (K.N.S.B.);

d.    het uitschrijven van, medewerken aan of regelen en , bevorderen van wedstrijden;

e.    het houden van een interne competitie;

f.     het uitgeven van een verenigings-orgaan;

g.    het maken van propaganda voor de schaaksport;

h.    alle andere wettige middelen, die het doel kunnen bevorderen.

Lidmaatschap.

Artikel 4.

1.                Leden zijn die natuurlijke personen, die door het bestuur als lid zijn toegelaten.

2.                Ingeval van niet-toelating door het bestuur kan op verzoek van de betrokkene de eerstvolgende algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.

3.                Op voorstel van het bestuur kan de algemene vergadering een lid wegens zijn bijzondere verdiensten voor de vereniging het predikaat “ere-lid” verlenen.

4.                Het bestuur houdt een register bij waarin de namen, adressen en geboortedata van de leden zijn opgenomen.

Rechten en verplichtingen.

Artikel 5.

1.                De vereniging kan, voorzover uit de statuten van de vereniging niet het tegendeel voortvloeit, ten behoeve van de leden rechten bedingen. De vereniging kan in een voorkomend geval ten behoeve van een lid nakoming van bedoelde rechten een schadevergoeding vorderen, tenzij het lid het bestuur schriftelijk mededeelt het betreffende bestuur daartoe niet te machtigen.

2.                De vereniging kan, voorzover dit in de statuten van de vereniging uitdrukkelijk is bepaald, ten laste van de leden verplichtingen met derden aangaan.

3.                Voorzover van toepassing gelden in de in lid 1 en 2 bedoelde rechten en verplichtingen ook ten opzichte van de vereniging.

4.                De in de leden 1, 2 en 3 genoemde bevoegdheden worden uitgeoefend door het bestuur.

5.                De vereniging kan door een besluit van het bestuur, van de algemene vergadering of van een ander orgaan verplichtingen – al dan niet van financiële aard – aan de leden opleggen.

6.                De leden zijn verplicht zich jegens elkaar en jegens de vereniging te gedragen naar hetgeen door de redelijkheid en billijkheid wordt gevorderd.

7.                De leden zijn gehouden:

a.     de statuten en reglementen van de vereniging, alsmede de besluiten van het bestuur, van de algemene vergadering of van een ander orgaan van de vereniging na te leven;

b.     de statuten en reglementen van de S.G.S. en/of K.N.S.B., de besluiten van een orgaan van de S.G.S. en/of K.N.S.B., alsmede de van toepassing verklaarde wedstrijdbepalingen na te leven; c. de belangen van de vereniging niet te schaden.

Straffen.

Artikel 6.

1       a    In het algemeen zal strafbaar zijn zodanig handelen of nalaten dat in strijd is met de wet, danwel met de statuten, reglementen en/of besluiten van organen van de vereniging, of waardoor de belangen van de vereniging worden geschaad.

b    Tevens zal strafbaar zijn zodanig handelen of nalaten dat in strijd is met de wedstrijdbepalingen, alsmede met de statuten, reglementen en/of besluiten van organen van de S.G.S. en/of K.N.S.B. of waardoor de belangen van de S.G.S. en/of K.N.S.B., danwel van de schaaksport in het algemeen worden geschaad.

2             Indien de algemene vergadering een Tuchtreglement heeft vastgesteld, geschiedt de behandeling van overtredingen met inachtneming van het bepaalde in het Tuchtreglement en geschiedt de beoordeling en bestraffing van overtredingen door de organen, die in het Tuchtreglement daartoe zijn aangewezen. Geschiedt de behandeling door een tuchtcommissie en door een commissie van beroep dan zijn deze als organen van de vereniging te beschouwen.

3       a    Daargelaten de bevoegdheid van de S.G.S. en/of K.N.S.B. om overtredingen, als bedoeld in lid 1 onder b te bestraffen, is het bestuur bevoegd om overtredingen te bestraffen, tenzij het Tuchtreglement een ander orgaan aanwijst.

b    Indien in een Tuchtreglement geen ander orgaan wordt aangewezen, kan een lid van een door het bestuur opgelegde straf in beroep gaan bij de algemene vergadering, met inachtneming van het in het Tuchtreglement of anders van het in lid 7 van dit artikel bepaalde.

4       a    In geval van een overtreding, als bedoeld in lid 1 onder a, kunnen de volgende straffen worden opgelegd:

– berisping;

– boete tot een maximum van Eenhonderd gulden (f 100,–);

– schorsing;

– royement (ontzetting uit het lidmaatschap); uitsluiting van deelname aan wedstrijden, hetzij voor een bepaalde duur, hetzij voor een in de straf bepaalde aantal wedstrijden;

– ontzegging van het recht om een of meer in de straf genoemde functies voor een in de straf genoemde termijn uit te oefenen.

b.   Van het opleggen van een straf wordt schriftelijk aan het lid mededeling gedaan. In spoedeisende gevallen kan een opgelegde straf mondeling aan het lid worden meegedeeld.

c.   Een opgelegde straf wordt in het clubblad gepubliceerd.

5.            Een schorsing kan ten hoogste voor de duur van één jaar worden opgelegd. Gedurende de periode dat een lid is geschorst, kunnen de aan het lidmaatschap verbonden rechten niet worden uitgeoefend, met uitzondering van het recht om in beroep te gaan.

6.      a.   Royement kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging handelt, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt. b. Nadat het bestuur tot royement heeft besloten, wordt het lid zo spoedig mogelijk door middel van een brief met bericht van ontvangst met opgave van de reden(en) van het besluit in kennis gesteld.

7.            Van een door de vereniging opgelegde straf kan het lid binnen een maand na ontvangst van deze kennisgeving in beroep gaan. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.

Einde lidmaatschap.

Artikel 7.

1.      Het lidmaatschap eindigt:

a.   door de dood van het lid, in welk geval het lidmaatschap niet vererft;

b.   door opzegging door het lid;

c.   door opzegging door de vereniging; d. door royement (ontzetting), als bedoeld in artikel 6 lid 6.

2.      a.   Opzegging door de vereniging geschiedt door het bestuur.

b.   Royement geschiedt door het bestuur, tenzij in het Tuchtreglement anders is bepaald.

3.      De vereniging kan het lidmaatschap opzeggen:

a.   in de gevallen in de statuten genoemd;

b.   wanneer het lid heeft opgehouden te voldoen aan de vereisten die de statuten voor het lidmaatschap stellen;

c.   wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet kan worden gevergd het lidmaatschap te laten voortduren;

d.   Voor beëindiging van het erelidmaatschap is lid 1 van dit artikel van overeenkomstige toepassing.

4.      a    Een lid kan het lidmaatschap opzeggen met inachtneming van het in dit artikel bepaalde.

b    Een lid kan het lidmaatschap voorts met onmiddellijke ingang beëindigen:

–  wanneer redelijkerwijs niet kan worden gevergd het lidmaatschap te laten voortduren;

–  binnen een maand nadat een besluit, waarbij zijn rechten zijn beperkt of verplichtingen zijn verzwaard, hem is bekend geworden of medegedeeld, in welk geval het besluit al dan niet op hem van toepassing is.
Deze bevoegdheid tot opzegging komt het lid niet toe wanneer rechten en verplichtingen worden gewijzigd, die in de statuten nauwkeurig zijn omschreven, wijziging van geldelijke rechten en verplichtingen hieronder begrepen.

–  binnen een maand nadat hem een besluit is medegedeeld tot omzetting van de vereniging in een andere rechtsvorm of tot fusie.

5.      a.   Opzegging van het lidmaatschap kan slechts geschieden tegen het einde van het boekjaar en met inachtneming van een opzeggingstermijn van vier weken. Op deze termijn is de Algemene Termijnenwet niet van toepassing. In ieder geval kan het lidmaatschap worden beëindigd door opzegging tegen het einde van het boekjaar, volgend op dat waarin werd opgezegd, alsmede onmiddellijk in de gevallen, als bedoeld in de leden 3 en 4.

b.   Een opzegging in strijd met het onder a bepaalde doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip, volgende op de datum waartegen was opgezegd.

6.            Behoudens in geval van overlijden wordt enig gewezen lid, dat heeft opgezegd, geacht nog lid te zijn tot ten hoogste het eind van het boekjaar volgens op dat waarin werd opgezegd, zolang het lid niet heeft voldaan aan zijn geldelijke verplichtingen ten opzichte van de vereniging, of zolang enige andere aangelegenheid waarbij hij betrokken is niet is afgewikkeld, de tenuitvoerlegging van een opgelegde straf daarin begrepen. Gedurende deze periode kan de betrokkene geen recht uitoefenen, met uitzondering van het recht om binnen de gestelde termijn in beroep te gaan.

Donateurs.

Artikel 8.

l.             De vereniging kent naast leden donateurs.

2.            Donateurs zijn die natuurlijke- of rechtspersonen die door het bestuur zijn toegelaten en die zich jegens de vereniging verplichten om jaarlijks een door het bestuur vastgestelde bijdrage te storten.

3.            Donateurs hebben geen andere rechten en verplichtingen dan die welke hen in of krachtens de statuten en/of reglementen zijn toegekend of opgelegd.

4.            De rechten of verplichtingen van donateurs kunnen te allen tijde wederzijds door opzegging worden beëindigd, behoudens dat de jaarlijkse bijdrage voor het lopende boekjaar voor het geheel verschuldigd blijft.

5.            Opzegging namens de vereniging geschiedt door het bestuur.

Bestuur.

Artikel 9.

1.      a.   Het bestuur bestaat uit ten minste drie meerderjarige personen die door de algemene vergadering uit de leden in functie worden benoemd.
Het aantal bestuursleden wordt vastgesteld door de algemene vergadering.

b.   Het bestuur bestaat in ieder geval uit een voorzitter, secretaris en penningmeester. De voorzitter wordt in functie gekozen. De overige bestuursleden verdelen hun taken onderling.

c.   Leden van het bestuur kunnen niet in dienstverband tot de vereniging staan.

2.            Bestuursleden worden kandidaat gesteld door het bestuur of door ten minste drie leden. De kandidaatstelling geschiedt niet door middel van een bindende voordracht.

3.            Ieder bestuurslid wordt benoemd voor een periode van twee jaar en treedt af volgens een door het bestuur op te maken rooster.
Aftredende bestuursleden zijn terstond herbenoembaar.
Wie in een tussentijdse vacature is benoemd, neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in.

4.            In zijn eerste bestuursvergadering na een benoeming van bestuursleden, stelt het bestuur in onderling overleg de taken van de bestuursleden vast en doet hiervan – hetzij in het clubblad, hetzij door middel van een schriftelijke kennisgeving – mededeling aan de leden.

5.            Ieder bestuurslid is tegenover de vereniging gehouden tot een behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak. Indien het een aangelegenheid betreft die tot de werkkring van twee of meer bestuursleden behoort, is ieder van hen geheel aansprakelijk terzake van een tekortkoming, tenzij deze niet aan hem is te wijten – en hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden.

6.            De algemene vergadering kan een bestuurslid schorsen of ontslaan indien zij daartoe termen aanwezig acht. Voor een besluit daartoe is een meerderheid vereist – van ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen. Een schorsing die niet binnen drie maanden wordt gevolgd door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.

7.      Het bestuurslidmaatschap eindigt voorts:
a.   door het eindigen van het lidmaatschap;

b.   door bedanken;

c.   het niet meer voldoen aan het bepaalde in lid l.c. van dit artikel

8.            Het bestuur kan uit zijn midden een dagelijks bestuur aanwijzen, aan hetwelk het onder zijn verantwoordelijkheid, werkzaamheden kan overdragen.

Bestuursbevoegdheid.

Artikel 10.

1.            Behoudens beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de vereniging.

2.            Indien het aantal bestuursleden beneden drie is gedaald, blijft het bestuur bevoegd. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen waarin de voorziening in de open plaats(en) aan de orde komt.

3.            Het bestuur is bevoegd uit zijn midden een dagelijks bestuur te benoemen en de taken en bevoegdheden van het dagelijks bestuur vast te stellen.

4.            Het bestuur is bevoegd onder zijn verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taken te doen uitvoeren door commissies die door het bestuur zijn benoemd.

5.            Het bestuur is, na voorafgaande goedkeuring van de algemene vergadering, bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding of bezwaring van registergoederen en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt.

Vertegenwoordiging.

Artikel 11.

1.            Het bestuur vertegenwoordigt de vereniging, voorzover uit de wet niet anders voortvloeit.

2.      a.   De vereniging wordt voorts in en buiten rechte vertegenwoordigd door de voorzitter tezamen met de secretaris of tezamen met de penningmeester dan wel bij afwezigheid van de voorzitter, door de secretaris en de penningmeester tezamen.

b.            Het bestuur is bevoegd aan anderen een schriftelijke volmacht te verlenen, op grond waarvan deze bevoegd zijn de vereniging in de in de volmacht omschreven gevallen te vertegenwoordigen.

3.      a.   De bevoegdheid tot vertegenwoordiging die aan het bestuur of aan bestuursleden toekomt, is onbeperkt en onvoorwaardelijk, voorzover uit de wet niet anders voortvloeit. Een wettelijk toegelaten of voorgeschreven beperking van of voorwaarde voor de bevoegdheid tot vertegenwoordiging kan slechts door de vereniging worden ingeroepen.

b.            De uitsluiting, beperkingen en voorwaarden gelden mede voor de bevoegdheid tot vertegenwoordiging van de vereniging terzake van de in artikel 10 lid 5 bedoelde handelingen.

4.            Bestuursleden aan wie krachtens de statuten of op grond van een volmacht vertegenwoordigingsbevoegdheid is toegekend, oefenen deze bevoegdheid niet uit dan nadat tevoren een bestuursbesluit is genomen waarbij tot het aangaan van de betreffende rechtshandeling is besloten.

5.            De vereniging word~ op de vergaderingen van de S.G.S. en/of de K.N.S.B. vertegenwoordigd door een daartoe – door het bestuur aangewezen bestuurslid, die bevoegd is op die vergadering namens de vereniging en de leden aan de stemming deel te nemen.

Rekening en verantwoording.

Artikel 12.

1.            Het bestuur is verplicht tot het houden van zodanige aantekeningen omtrent de vermogenstoestand van de vereniging dat daaruit te allen tijde zijn rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.

2.      a.   Het bestuur brengt op de algemene vergadering binnen zes maanden na afloop van het boekjaar – behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering – een jaarverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het legt de balans en de staat van baten en lasten met een toelichting ter goedkeuring aan de algemene vergadering over.

b.   De onder a bedoelde stukken worden ondertekend door alle bestuursleden; ontbreekt een handtekening van een bestuurslid, dan wordt hiervan onder opgave van redenen melding gemaakt. Na afloop van de termijn kan ieder lid van de gezamenlijke bestuursleden in rechte vorderen dat zij deze verplichtingen nakomen.

3.      a    De algemene vergadering benoemt een kascommissie, bestaande uit twee leden en één plaatsvervangend lid die geen deel mogen uitmaken van het bestuur.

b.   De leden worden benoemd voor de duur van twee jaar en treden volgens een op te maken rooster af. Zij zijn aansluitend slechts éénmaal herbenoembaar.

c.   De kascommissie onderzoekt de balans en de staat – van baten en lasten en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit.

4.            Het bestuur is verplicht de kascommissie ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te tonen en inzage van de boeken en de bescheiden van de vereniging te geven.

5.            Goedkeuring door de algemene vergadering van het jaarverslag en van de rekening en verantwoording strekt het bestuur tot décharge voor alle handelingen, voorzover die uit de jaarstukken blijken.

6.            Het bestuur is verplicht de bescheiden als bedoeld in lid 1 en 2 tien jaar lang te bewaren.

Geldmiddelen en contributie.

Artikel l3.

1.            De geldmiddelen van de vereniging bestaan uit:

a.   contributies van de leden;

b.   bijdragen van donateurs;

c.   ontvangsten uit wedstrijden en entreegelden;

d.   subsidies, giften en bijdragen;
e.   schenkingen, erfstellingen, legaten en andere baten.

Erfstellingen kunnen slechts worden aanvaard onder het voorrecht van boedelbeschrijving.

2.            De leden zijn jaarlijks gehouden tot het betalen van een contributie, die door de algemene vergadering van tijd tot tijd zal worden vastgesteld. Zij kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld, die een verschillende bijdrage betalen.

Het bestuur is gerechtigd dispensatie te verlenen ,voor het betalen van de contributie.

3.            Degene, aan wie het predikaat erelid is verleend, is vrijgesteld van het betalen van contributie.

4.            Wanneer het lidmaatschap in de loop van een boekjaar eindigt, blijft niettemin de contributie voor het gehele boekjaar verschuldigd.

Besluiten van organen van de vereniging.

Artikel 14.

1.            Orgaan van de vereniging zijn het bestuur, de algemene vergadering, de tuchtcommissie en de commissie van beroep, alsmede al die commissies en personen die krachtens de statuten door de algemene vergadering zijn belast met een nader omschreven taak en aan wie daarbij door de algemene vergadering beslissingsbevoegdheid is toegekend.

2.      a.   Het in een vergadering van een orgaan uitgesproken oordeel van de voorzitter omtrent de uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor zover werd gestemd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.

b.   Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van de voorzitter de juistheid daarvan betwist, dan wordt het te nemen besluit schriftelijk vastgelegd en vindt een nieuwe stemming plaats, indien de meerderheid van de vergadering of, indien de oorspron-
kelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.

3.            Van het verhandelde in een vergadering worden notulen gemaakt, die op de eerstvolgende vergadering van het orgaan dienen te worden goedgekeurd.

4.      a.   Een besluit van een orgaan dat in strijd is met de wet of met de statuten, is nietig, tenzij uit de wet iets anders voortvloeit. Een nietig besluit mist rechtskracht.

b.   Is een besluit nietig, omdat het is genomen ondanks het ontbreken van een door de wet of de statuten voorgeschreven voorafgaande handeling van of mededeling aan een ander dan het orgaan dat het besluit heeft genomen, dan kan het door die ander worden bekrachtigd. Is voor de ontbrekende handeling een vereiste gesteld, dan geldt dat ook voor de bekrachtiging.

c.   Bekrachtiging is niet meer mogelijk na afloop van een redelijke termijn, die aan de ander is gesteld door het orgaan dat het besluit heeft genomen of door de wederpartij tot wie het was gericht.

5.      a.   Een besluit van een orgaan is, onverminderd het elders in de wet omtrent de mogelijkheid van een vernietiging bepaalde, vernietigbaar:

1.           wegens strijd met wettelijke of statutaire bepalingen die het tot stand komen van het besluit regelen;

2.           wegens strijd met de redelijkheid en billijkheid, als bedoeld in artikel 5 lid 6;

3.           wegens strijd met een reglement.

b.   Tot de onder a bedoelde bepalingen behoren niet die welke de voorschriften bevatten, waarop in lid 4 onder b wordt gedoeld.

6.            De bevoegdheid om vernietiging van een besluit te vorderen, vervalt een jaar na het einde van de dag, waarop hetzij aan het besluit voldoende bekendheid is gegeven, hetzij een belanghebbende van het besluit kennis heeft genomen of daarvan is verwittigd.

7.            Een besluit dat vernietigbaar is op grond van het bepaalde in lid 5 onder a, kan door een daartoe strekkend besluit worden bevestigd. Voor dit besluit gelden dezelfde vereisten als voor het te bevestigen besluit. Bevestiging is niet mogelijk zodra een vordering tot vernietiging aanhangig is. Indien de vordering wordt toegewezen, geldt het vernietigde besluit als opnieuw genomen door het latere besluit, tenzij uit de strekking van dit besluit het tegendeel voortvloeit.

Algemene vergaderingen.

Artikel 15.

1.            Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan andere organen zijn opgedragen.

2.            Jaarlijks wordt voor één november een algemene vergadering gehouden (de jaarvergadering)

Buitengewone algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit gewenst acht.

3.            De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur, met inachtneming van een termijn van tenminste zeven dagen.

De bijeenroeping geschiedt door een mededeling in het clubblad of publicatie op het mededelingsbord van de vereniging of door middel van een aan alle leden te zenden schriftelijke kennisgeving met gelijktijdige vermelding van de agenda.

4.      a.   Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek van ten minste een zodanig aantal leden, als bevoegd is tot het uitbrengen van een tiende gedeelte van de stemmen in de algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken na indiening van het verzoek.

b.   Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg wordt gegeven kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan door oproeping overeenkomstig het bepaalde in het vorige lid of door het plaatsen van een advertentie in ten minste één ter plaatse waar de vereniging is gevestigd, veel gelezen dagblad. De verzoekers kunnen alsdan anderen dan bestuursleden belasten met de leiding van de vergadering en het opstellen van de notulen.

5.            De agenda van de jaarvergadering bevat onder meer:

a.   Vaststelling van de notulen van de vorige algemene vergadering

b.   Jaarverslag van het bestuur;

c.   Financieel jaarverslag over het afgelopen boekjaar;

d.   Verslag van de kascommissie;

e.   Vaststelling van de balans en van de staat van baten en lasten;

f.   Vaststelling van de contributies;

g.   Vaststelling van de begroting;

h.   Benoeming bestuursleden;

i.    Benoeming commissieleden;

j.    Rondvraag.

Het leiden en notuleren van algemene vergaderingen

Artikel 16.

1.            De algemene vergaderingen worden geleid door de voorzitter van het bestuur of door zijn plaatsvervanger. Zijn de voorzitter en zijn plaatsvervanger verhinderd, dan treedt een ander door het bestuur aan te wijzen bestuurslid als voorzitter op. Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering daarin.

2.            Van het verhandelde in elke algemene vergadering worden door de secretaris of diens plaatsvervanger notulen gemaakt. De notulen worden in het clubblad gepubliceerd of op een andere wijze ter kennis van de leden gebracht en dienen door de eerstvolgende algemene vergadering door de voorzitter en notulist te worden vastgesteld en ondertekend.

Toegang en besluitvorming algemene vergadering.

Artikel 17.

1.      a.   Ieder lid heeft toegang tot de algemene vergadering.

b.   Leden, die geschorst zijn, hebben geen toegang tot de algemene vergadering, tenzij zij bij de algemene vergadering beroep hebben ingesteld naar aanleiding van een opgelegde straf in welk geval zij bevoegd zijn alleen de behandeling van hun beroep bij te wonen.

2.      a.   Stemgerechtigd in de algemene vergadering zijn alle leden der vereniging, echter met dien verstande, dat de leden die de leeftijd van achttien jaren bereikt hebben drie stemmen kunnen uitbrengen, de leden die de leeftijd van zestien en zeventien jaren bereikt hebben twee stemmen kunnen uitbrengen en de leden, die vijftien jaar of jonger zijn slechts een stem kunnen uitbrengen.

b.   Leden tot en met veertien jaar hebben geen stemrecht. Leden tot en met zeventien jaar hebben stemrecht, echter niet ten aanzien van aangelegenheden van financiële aard. In de gevallen waarin leden niet aan de stemming mogen deelnemen, komt de uitoefening van het stemrecht toe aan de wettelijke vertegenwoordiger van het lid.

3.            Het stemmen bij volmacht is niet toegestaan.

4.            Het stemrecht over besluiten, waarbij de vereniging aan bepaalde personen, anders dan in hun hoedanigheid van lid, rechten toekent of verplichtingen kwijtscheldt, wordt aan die personen en aan hun echtgenoot en bloedverwanten in de rechte lijn ontzegd.

5.            Een éénstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering.

6.            Stemming over zaken geschiedt mondeling, over personen schriftelijk.

7.            Over alle voorstellen zaken betreffende wordt, voor zover de statuten niet anders bepalen, beslist bij meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Bij het staken van de stemmen wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.

8.            Bij stemming over personen is degene benoemd, die de meerderheid van de uitgebrachte stemmen op zich heeft verenigd. Indien niemand die meerderheid heeft verkregen, wordt een tweede stemming gehouden tussen de personen, die het hoogste aantal uitgebrachte stemmen hebben verkregen en is hij benoemd, die bij die tweede stemming de meerderheid van de uitgebrachte stemmen op zich heeft verenigd. Indien bij die tweede stemming de stemmen staken, beslist het lot.

9.            Ongeldige stemmen zijn stemmen die blanco of op enigerlei wijze ondertekend zijn, danwel iets anders aanduiden dan in stemming is gebracht of andere namen bevatten dan van de personen over wie wordt gestemd.

10.          Ereleden hebben in de algemene vergadering een adviserende stem.

Statutenwijziging.

Artikel 18.

1.            De statuten kunnen slechts worden gewijzigd door een besluit van de algemene. vergadering , waartoe werd opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld. De termijn voor oproeping tot een zodanige vergadering moet ten minste zeven dagen bedragen.

2.            Zij, die. de oproeping tot de algemene vergadering ter behandellng van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen voor de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag, waarop de vergadering wordt gehouden. Bovendien wordt de voorgestelde wijziging ten minste veertien dagen voor vergadering in het clubblad gepubliceerd en/of gepubliceerd op het mededelingsbord van de vereniging en/of een afschrift hiervan aan alle leden toegezonden.

3.            Het bepaalde in de leden 1 en 2 van dit artikel is niet van toepassing, indien in de algemene vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn en het besluit tot statutenwijziging met algemene stemmen wordt aangenomen.

4.            Een besluit tot statutenwijziging behoeft ten minste drie/vierde van het aantal van de geldig ter vergadering uitgebrachte stemmen.

5.      a.   Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Van dit tijdstip wordt mededeling gedaan in het clubblad. Ieder bestuurslid afzonderlijk is dan tot doen verlijden van deze akte bevoegd.

b.   De bestuursleden zijn verplicht een authentiek afschrift van de wijziging en de gewijzigde statuten in het Verenigingenregister neer te leggen.

Ontbinding en vereffening.

Artikel 19.

1.      a.   Voor een besluit tot ontbinding van de vereniging is het bepaalde in artikel 18 lid 1 en lid 2 van overeenkomstige toepassing.

b.   De vereniging wordt ontbonden door een daartoe strekkend besluit van de algemene vergadering, genomen met ten minste drie/vierde van het aantal geldig ter vergadering uitgebrachte stemmen.

2.            Bij de oproeping van de in dit artikel bedoelde vergaderingen moet worden medegedeeld, dat ter vergadering zal worden voorgesteld de vereniging te ontbinden. De termijn voor oproeping tot zodanige vergadering moet ten minste veertien dagen bedragen.

3.      a.   De bestuursleden treden na het besluit tot ontbinding van de vereniging op als vereffenaars.

b    De algemene vergadering is, bevoegd na het besluit tot ontbinding de alsdan zitting hebbende bestuursleden te ontslaan met gelijktijdige benoeming van één of meer vereffenaars.

4.            Bij een besluit tot ontbinding wordt de bestemming van een eventueel batig saldo bepaald, terwijl de algemene vergadering tevens één of meer bewaarders aanwijst. De bestemming van het batig saldo dient zoveel mogelijk in overeenstemming te zijn met de doelstelling van de vereniging.

5.            Na de ontbinding blijft de vereniging voortbestaan voor zover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten en reglementen voor zover mogelijk van kracht. In stukken en aankondigingen, die van de vereniging uitgaan, moet aan haar naam worden toegevoegd de woorden in curatele

6.            De boeken en bescheiden van de ontbonden vereniging moeten door de bewaarder(s) worden bewaard gedurende tien jaren na afloop van de vereffening.


Reglementen.

Artikel 20.

1.            De algemene vergadering kan een Huishoudelijk Reglement, Tuchtreglement of andere reglementen ter nadere toepassing en uitvoering van de statuten vaststellen

2.            Een reglement mag niet in strijd zijn met de wet, ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten.

3.            De statuten en reglementen van de vereniging mogen niet in strijd zijn met die van de S.G.S. en/of de K.N.S.B.

Algemene Bepalingen.

Artikel 21.

In gevallen, waarin deze statuten, het huishoudelijk reglement en andere reglementen niet voorzien, beslist de algemene vergadering. Indien haar beslissing niet kan worden afgewacht, beslist het bestuur, echter onder gebondenheid om de genomen beslissing aan de eerstvolgende vergadering ter bekrachtiging voor te leggen.

Na zakelijke opgave van de inhoud van deze akte aan de verschenen persoon heeft deze verklaard van de inhoud, van deze akte te hebben kennisgenomen en op volledige voorlezing daarvan geen prijs te stellen. Vervolgens is deze akte na beperkte voorlezing door de comparant en mij, notaris, ondertekend.