Vreemde opening

Lekker bakkie…

Met Krishnasing riant aan de leiding lijkt het clubkampioenschap een gestreden zaak.
De dertigste ronde van het seizoen. Vroeg in de avond staan er ongewone stellingen op het bord. Vreemde keuzes in de opening. Soms leidt dat tot interessante partijen.

Met een voorsprong van 250 punten (ongeveer 5 winstpartijen) op de nummers twee en drie staat Krishnasing op het punt om clubkampioen te worden. Het verleden fluistert dat zijn eindsprint in de competitie zenuwslopend is. Dit keer zit Krishnasing achter de zwarte stukken tegenover Brantjes, ook een kanshebber op de titel. Vreemde opening. De zwarte pionnenstructuur staat na de eerste zetten kwetsbaar met een open g-lijn en een dubbele f-pion. Er wordt geschoven en geschoven. Als wit geen gat kan vinden in de zwarte verdediging schudden de schakers elkaar de hand zonder overwinnaar.
Lensink speelt met wit tegen de naar de 7^e plek gestegen debutant Knight. Vreemde opening. 1. e4, Pc6. Vraagteken? Nee hoor, het wordt wel eens gespeeld en heet de Nimzowitsch verdediging. Er is zelfs een schaakboek over geschreven. Eentje. In het middenspel staat er ineens een aanval op het bord uit de koningsindische opening (klassieke variant). Wit verovert de damevleugel en zwart valt aan op de witte koning. Als Knight met een stukoffer een comfortabel gat in de witte verdediging slaat kunnen de stukken weer in de doos.
Kruiswijk speelt met zwart tegen Duister de Caro Kann verdediging. Vele boeken over geschreven. Toch een vreemde opening. Kruiswijk wijkt af met een fatale zesde zet. Duister profiteert. De zwarte stukken kunnen er niet meer uit. De zwarte koning kijkt in het midden toe hoe aan zijn linkerkant de kwaliteit verdwijnt, waarmee aan het eind van de avond de partij wordt beslist.
Nog een vreemde opening? Jazeker, Kok met wit tegen Van Brummelen. Ook hier na de eerste zetten een bekende. Scandinavisch. Nu is het wit die direct in de opening afwijkt en Van Brummelen niet meer zijn bekende scandinavische spelletje kan spelen. Kok zet zijn stukken optimaal op het bord, de zwarte stelling kraakt. Terwijl Kok de mogelijk winnende voortzettingen mist, schuift Van Brummelen een vrije zwarte h-pion naar de eindstreep.
Mevrouw Khalioullina speelt met wit de ruilvariant tegen de franse verdediging van Lambrechts met zwart. Vreemde opening? Nee, niet vreemd, wel weinig gespeeld met wit, want zwart heeft in de ruilvariant ineens geen “franse” openingsproblemen meer. Lambrechts combineert wat en wint de kwaliteit, maar mevrouw Khalioullina heeft tegenspel en wint wat pionnen terug. Als daarna Lambrechts een stuk verovert is het afgelopen.
Van Klingeren en Boss spelen een spannende partij met aanval over en weer. Er blijven ongelijke lopers over, wat pionnen, en een remise.
Michels komt met wit tegen Keizer een vrijpion voor te staan, maar de klok tikt in zijn nadeel de remise op het scorebord.
Als Van Lier met zwart voor de derde keer een remisevoorstel doet, dan gaat Koekkoek akkoord.
Vermulst geeft met wit tegen mevrouw Roothaan een centrumpion weg. En dan maar schuiven en schuiven tot die extra pion de partij beslist.
Albarda achter de witte stukken geeft Schipper twee pionnen voor een ontwikkelingsvoorsprong. De daaruit voortkomende matdreiging wordt Schipper noodlottig.

Uitslagen ronde 30
1.  Brantjes      - Krishnasing   remise
2.  Lensink       - Knight        0-1
3.  Duister       - Kruiswijk     1-0
4.  Van Klingeren - Boss          remise
5.  Khalioullina  - Lambrechts    0-1
6.  Michels       - Keijzer       remise
7.  Kok           - Van Brummelen 0-1
8.  Koekkoek      - Van Lier      remise
9.  Vermulst      - Roothaan      0-1
10. Albarda       - Schipper      1-0

Stand na ronde 30
1.  Krishnasing 1217
2.  Losekoot    970
3.  Brantjes    964
4.  Meijer      829
5.  Lensink     803
6.  Knight      791
7.  Wiegers     758
8.  Spijkerman  704
9.  Duister     692
10. Van Schaik 623