Dat schaken een gezellige sport is, werd afgelopen vrijdag weer eens bewezen. Hoewel het Bevrijdingsdag was, twijfelden de schakers geen moment en werd er gewoon een ronde van de interne competitie afgewerkt. Na een week werken of studeren kan een partij schaken ook heel bevrijdend zijn. De koplopers in de derde cyclus verbleven in Schagen waar Robin Kampen deelnam aan het NK Jeugdschaken en Pascal Losekoot hem begeleidde. Arthur Vlug en Jan Overbeek profiteerden het meest, na spannende partijen gespeeld te hebben.Onder andere door de ver opgerukte pionnen van Vlug had Jarno Witkamp moeite al zijn stukken in het spel te krijgen. Vlug offerde materiaal voor een aanval op de koning. Zijn eigen koning stond echter nog in het midden. Witkamp maakte hier gebruik van door de koning aan te vallen en ondertussen zijn verdedigers naar zijn eigen koning te dirigeren. Vlug liet zich echter niet van de wijs brengen. Hij bracht zijn koning rustig in veiligheid en ging daarna door met aanvallen. De ongelukkige stand van zijn stukken kostte Witkamp op de laatste zet voor de tijdcontrole zijn dame. Daarmee was de partij ten einde.
Bloedstollend
Een zeer spannende strijd werd gestreden door Peter van de Veer en Jan Overbeek. Al vroeg op de avond lagen er rood geworden zakdoeken naast Overbeek. Had zijn tegenstander hem een bloedneus geslagen? Nadere bestudering leerde dat ook de handen van Overbeek rood waren. Was hij met Van de Veer op de vuist geweest? Niets van dat alles. De gel-pen van Overbeek bleek de oorzaak van de ellende. Wellicht dat Overbeek ook wat afgeleid was door de pen. Eerst sloeg hij met zijn dame op b2, terwijl een vuistregel onder schakers is: sla nooit op b2, zelfs niet als het goed is! In dit geval was het echt een goede zet. Vervolgens had Overbeek zelfs ook nog de pion op a2 kunnen slaan, maar dat leek hem niet nodig. Ondertussen kreeg Van de Veer aanvalskansen op de zwarte koning. Overbeek moest materiaal offeren om mat te voorkomen. Steeds vond hij de juiste zetten. Er bleef een stelling over waarin Van de Veer een dame en een toren had tegen twee torens, een loper een hoop pionnen. In tijdnood zag Van de Veer niet de scherpste voortzetting. Daardoor kreeg Overbeek de kans zijn pionnen naar voren te laten lopen en de partij te winnen.
Waldemar Moes verbruikte in de opening veel tijd om een goede stelling te krijgen tegen Marco Meijer. Dat lukte goed, want Moes kwam een kwaliteit en een pion voor. Toch bood hij remise aan, aangezien hij nog maar 1.42 minuut over had voor 14 zetten. Meijer had geen winstplan en accepteerde de remise dan ook graag. Ook de partij tussen Ger Oldekamp en Rienk Andriessen eindigde in een gelijkspel. Er was sprake van zetherhaling, waardoor er een beroep gedaan werd op de spelregelkennis. De regel is dat een speler remise mag claimen als er voor de derde maal dezelfde stelling op het bord is gekomen. Om dit te controleren kreeg de wedstrijdleider het notatiebiljet in zijn handen gedrukt. Zo makkelijk is dat echter niet te zien. Op een ander bord moet de partij dan worden nagespeeld. Dat was in dit geval niet nodig, want beide spelers waren tevreden met de remise. Dat kan natuurlijk ook. Overigens had Andriessen in de eindstelling goede mogelijkheden.
Naakt
Een spectaculaire partij werd gespeeld door Ramses van Dijen en Wim van Teutem. Van Dijen offerde al vroeg een stuk om de koningstelling open te breken. Van Teutem ging niet op de hele variant in. In de analyse bleek dat hij dat rustig had kunnen doen, want Van Dijen had niet genoeg materiaal om mat te zetten. "Maar ik vond mijn koning er dan zo naakt bij staan, " was het treffende commentaar van de veteraan van de schaakclub. Nadat Van Teutem een stuk had weggeven ging het punt alsnog naar Van Dijen.
Rien van Brummelen en Henk Meeuwissen gingen gelijk op met afwisselend kleine voordeeltjes voor de een of de ander. In een snelle remise hadden ze duidelijk geen zin. Pas toen beiden nog alleen een koning en een toren hadden, zat er niets anders op dan de puntendeling te accepteren.
Peter Vegter misrekende zich in een combinatie. Dat kostte hem een toren, waardoor George van Tent regelrecht op de winst leek af te stevenen. Juist voordat hij met een pion kon promoveren gaf Van Tent op zijn beurt weer een toren terug. Vegter bood gelijk remise aan, maar Van Tent vocht door. Nadat nog wat pionnen van het bord waren gegaan, zat er ook hier niet meer in dan een gelijkspel.
Bij de partij tussen Ton Koekkoek en Simon van Voorthuizen waren het de pionnen die de doorslag gaven. Beiden rukte ver op met hun pionnen en kregen een vrijpion, Van Voorthuizen zelfs twee. Hij kon eerder promoveren, waarna het voor Koekkoek snel gebeurd was. Een snel einde kwam er ook aan de partij tussen Reinier Schaap en Johan Vermulst. Schaap zat naar eigen zeggen weer eens te slapen. Met penningen op zijn koning gaf hij achter elkaar materiaal weg. Voor Hans van Briemen was het helemaal snel over. In een vrij chaotische stelling werd hij door Rob Boss na een kleine combinatie getrakteerd op een penning die een toren kostte. Reden genoeg voor Van Briemen om op te geven.
Bij de dames speelde mevrouw Van Helden een goede partij tegen mevrouw Ensink. Van Helden leek op de overwinning af te gaan, maar trok toch aan het kortste eind omdat ze de mataanval van Ensink niet aan zag komen.
Uitslagen van de [[RONDE]]e ronde —
Uitslagen
Moes - Meijer remise Vlug - Witkamp 1-0 Van de Veer - Overbeek 0-1 Koekkoek - Van Voorthuizen 0-1 Oldekamp - Andriessen remise Van Dijen - Van Teutem 1-0 Van Briemen - Boss 0-1 Van Brummelen - Meeuwissen remise Vegter - Van Tent remise Vermulst - Schaap 1-0 Dames: Van Helden - Ensink 0-1
Tussenstand na de [[RONDE]]e ronde —
Stand
1. Van Kampen 67 2. Losekoot 64 3. Vlug 56 4. Moes 53 5. Overbeek 53 6. Meijer 52 7. Van Voorthuizen 52 8. Van Schaik 51 9. Raudenbusch 49 10. Van Leeuwen 49
—Marco Meijer